Organisatiehandboek
1.1. Inleiding
In dit onderdeel van het intranet van SBT wordt een overzicht gegeven van de organisatie van SBT. Het doel is om (nieuwe) SBT’ers te informeren.
De Stichting voor Bijzondere Tandheelkunde (SBT) behandelt patiënten bij wie om medische, tandheelkundige of psychologische redenen een speciale behandeling vereist is. SBT is op 24 april 1989 bij notariële akte opgericht door ACTA en ZAO. De statuten zijn voor het laatst gewijzigd op 9 oktober 2018 en staan op de website.
1.2. Geschiedenis
Het grootste deel van de tandheelkundige zorg in Nederland wordt door huistandartsen verleend. Bij een aantal aspecten van diagnostiek en behandeling blijkt het noodzakelijk hulp van andere instanties in te roepen. Eén van die instanties is de bijzondere tandheelkunde. Het karakteristieke van deze zorg is de multidisciplinaire behandeling van de diagnostiek en de geïntegreerde behandeling.
In 1976 is Artikel 9 A toegevoegd aan het verstrekkingenbesluit ziekenfondsverzekering in de ziekenfondswet. Dit maakte het mogelijk dat ook ziekenfondsverzekerden toegang kregen tot Bijzondere Tandheelkundige zorg in heel Nederland. Onder bijzondere tandheelkunde werden tandheelkundige behandelingen verstaan welke niet in een normale huispraktijk, met normale middelen, binnen normale behandeltijden uitgevoerd kunnen worden. Voordien werd deze zorg hoofdzakelijk verleend op de faculteiten tandheelkunde van de diverse universiteiten in NL. Daar zat nu eenmaal heel veel kennis en de patiënten waren “interessant en leerzaam voor de studenten”.
In Amsterdam werd de bijzondere tandheelkundige zorg verleend door de poliklinieken van het ZAO (Ziekenfonds Amsterdam en Omstreken. Opgegaan in AGIS, nu onderdeel van Zilveren Kruis) en de faculteiten Tandheelkunde van de Vrije Universiteit en de Universiteit van Amsterdam). In de tachtiger jaren van de vorige eeuw ontstond het besef dat de zorgverlening verbeterd kon worden, door deze poliklinieken samen te voegen tot één geheel.
De gezamenlijke faculteit Tandheelkunde van de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit van Amsterdam, het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA), is in 1984 opgericht.
SBT in huidige vorm is ontstaan vanuit een fusie tussen ACTA en ZAO. Tot eind jaren 80 werd bijzondere tandheelkunde op de VU en UVA uitgevoerd in het kader van onderzoek en onderwijs. Het Ziekenfonds Amsterdam en Omstreken (ZAO) exploiteerde 26 tandheelkundige klinieken, waaronder het Centrum voor Bijzondere Tandheelkunde gevestigd in het voormalige NDSM-gebouw. Toen werd besloten dat per 1/1/1990 ziekenfondsen geen eigen centra meer mochten exploiteren werden alle tandheelkundige klinieken gesloten.
SBT is op 24 april 1989 bij notariële akte opgericht door ACTA en ZAO en ging open op 3 januari 1990 met 35 medewerkers.
Er waren 3 afdelingen met 12 behandelstoelen:
• MFP-Maxillo Faciale Prothetiek; voor patiënten met aangeboren en verworven gebreken in het hoofd/halsgebied.
• CMD-Cranio Mandibulaire Dysfunctie; voor patiënten met ernstige kaakgewrichtsklachten en/of onbegrepen pijn in het hoofd/halsgebied.
• A&G-Angstbegeleiding en Gehandicaptenzorg.
Na een rommelige start werd de positie van de bijzondere tandheelkunde door de discussies over de gevolgen van de stelselherziening van 1 januari 1995 steeds sterker. Hetzelfde gold voor de financiële regels die de NZa (Nederlandse Zorgautoriteit College, destijds Tarieven Gezondheidszorg genaamd) opstelde.
Jaren later ontstond ook de mogelijkheid om op de kliniek zelf behandeling onder algehele anesthesie aan te bieden. De “mobiele unit” deed zijn intrede en de halfjaarlijkse controles etc. bij verstandelijk gehandicapten werden op de instelling waar zij verbleven uitgevoerd. Minder gereis, met bijbehorende stress, voor de bewoner en de begeleiders.
De SBT werd op veel externe spreekuren (bv. ACTA, VU, AMC, OLVG etc.) vertegenwoordigd door SBT-tandartsen. Op 29 juli 2010 verhuisde SBT van de Louwesweg naar de Gustav Mahlerlaan, met een uitbreiding naar 16 behandelstoelen. Er kwam meer plaats voor de officiële opleidingen en stages behorend bij deze zorg en de daarvoor vereiste deskundigheid. In de daaropvolgende jaren volgde verdere professionalisering van de zorg op alle fronten. Inmiddels behandelt SBT alle vormen van bijzondere tandheelkunde: MFP, TMD, Angstbegeleiding, Gehandicaptenzorg, Geriatrische tandheelkunde en kindertandheelkunde.
SBT onderkent dat de kwaliteit van de zorgverlening en het tekort aan personeel in de tandheelkunde de belangrijkste kritische factoren waren voor haar voortbestaan en de patiëntenzorg waarvoor zij staat. Beide punten zijn door SBT aangepakt. Het handelen wordt geëvalueerd, protocollen en richtlijnen (waaronder de hygiënehandboeken) zijn opgesteld ter bevordering van de kwaliteit van de door de SBT verleende zorg , klinisch research wordt gestimuleerd en aan scholing van alle medewerkers wordt aandacht besteed. SBT is gevisiteerd en maakt dankbaar gebruik van de adviezen. Het tekort aan personeel wordt tegemoet getreden door samen met ACTA en anderen nieuwe stafleden op te leiden, door taakdelegatie en door voortdurende aandacht voor de arbeidsomstandigheden. SBT behandelt jaarlijks ongeveer 7.000 patiënten.
Het kenmerkende van de bijzondere tandheelkunde is dat het behandelteam ingebed is in een multidisciplinaire omgeving. Het team wordt omgeven door een diversiteit aan zorgverleners die met elkaar samenwerken, afhankelijk van de problematiek van de patiënt. Er is een nauwe samenwerking tussen deze disciplines van binnen en buiten SBT en is er sprake van interactie zowel op het gebied van de individuele patiënt als op het niveau van het zorgbeleid. De teams zijn ook ingebed in een organisatie waarvan multidisciplinair overleg en afdelingsoverleg de belangrijkste kenmerken zijn. Ook de infrastructuur is van belang. SBT is een platte organisatie met korte communicatielijnen, het kwaliteitssysteem ondersteunt de zorgverleners in hun vaak ingewikkelde taak en er is een open communicatie met de adviserend tandartsen en een goede samenwerking met zorgverzekeraars door o.a. een jaarlijks lokaal overleg. SBT streeft hierbij ook naar een goed sociaal klimaat waarin men prettig samenwerkt, problemen bespreekt en oplost. Een goed sociaal klimaat is immers onmisbaar voor een goede patiëntenzorg.
In aanloop naar het dertigjarig bestaan in 2019, heeft SBT een heldere missie en visie geformuleerd: De missie van SBT: “We bieden bijzondere tandheelkundige zorg aan patiënten die zo bijzonder zijn dat zij niet bij de gewone tandarts terecht kunnen. Deze bijzondere patiënten kunnen altijd bij ons terecht. Wij staan al 30 jaar voor hen klaar! Hier staan wij voor!”
De visie van SBT: “We willen de best mogelijke zorg leveren aan onze bijzondere patiënten. Wij werken daarom continu aan verbetering van onze kwaliteit. Voor ons zijn de ervaringen en behoeftes van onze patiënten uitgangspunt van ons (be)handelen. Hier gaan wij voor!”
Als pay-off is gekozen om de missie en visie in één zin samen te vatten: “Zorg op maat in goede handen.” Dit is waar SBT al 30 jaar voor gaat en staat.
De ambitie van SBT is om continu meerwaarde te leveren op de zorg die ze biedt door toegankelijkheid, positionering, innovatie en transparantie.
Om de bedrijfscultuur te omschrijven, waarom en hoe SBT dingen doet, zijn er ook drie kernwaarden geformuleerd: multidisciplinair, betrokken en deskundig.
De medewerkers van SBT kunnen met recht ‘experts in bijzondere mondzorg’ genoemd worden. Dit geeft duidelijk weer wat SBT is en wat SBT doet.
1.3. Doelstelling
SBT heeft tot doel het bieden van bijzondere tandheelkunde aan patiënten die daar behoefte aan hebben en om al die activiteiten te ontplooien die daarvoor noodzakelijk zijn.
1.4. Bijzondere Tandheelkunde
Onder bijzondere tandheelkundige hulp wordt verstaan, de hulp zoals die is omschreven in artikel 2.7.1.a, b en c, 2.7.2. en 2.7.3. (dit artikel heeft dezelfde strekking als artikel 8, lid 1, 2 en 3 van de Regeling Tandheelkundige Hulp Ziekenfondsverzekering 1994).
Artikel 2.7
1. Mondzorg omvat zorg zoals tandartsen die plegen te bieden, met dien verstande dat het slechts betreft tandheelkundige zorg die noodzakelijk is:
a. indien de verzekerde een zodanige ernstige ontwikkelingsstoornis, groeistoornis of verworven afwijking van het tand-kaak-mondstelsel heeft dat hij zonder die zorg geen tandheelkundige functie kan behouden, gelijkwaardig aan die welke hij zou hebben gehad als de aandoening zich niet zou hebben voorgedaan;
b. indien de verzekerde een niet tandheelkundige lichamelijke of geestelijke aandoening heeft en hij zonder die zorg geen tandheelkundige functie kan behouden of verwerven gelijkwaardig aan die welke hij zou hebben gehad als de aandoening zich niet zou hebben voorgedaan; of
c. indien een medische behandeling zonder die zorg aantoonbaar onvoldoende resultaat zal hebben en de verzekerde zonder die andere zorg geen tandheelkundige functie kan behouden of verwerven gelijkwaardig aan die welke hij zou hebben gehad als de aandoening zich niet had voorgedaan.
2. Onder de zorg, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, is tevens begrepen het aanbrengen van een tandheelkundige implantaat en het aanbrengen van het vaste gedeelte van de suprastructuur, indien er sprake is van een zeer ernstig geslonken tandenloze kaak en deze dienen ter bevestiging van een uitneembare prothese.
3. Orthodontische hulp is slechts onder de zorg, bedoeld in het eerste lid, begrepen in geval van een zeer ernstige ontwikkelings- of groeistoornis van het tand-kaak-mondstelsel, waarbij edediagnostiek of medebehandeling van andere disciplines dan de tandheelkundige noodzakelijk is.
1.5. Centrumindicatie
In de notitie Centrumindicatie zijn de criteria beschreven op basis waarvan bepaald wordt of een patiënt door een centrum voor bijzondere tandheelkunde geholpen mag worden. Toelatingscriteria uit deze notitie zijn opgenomen in diverse checklists (zie verder op intranet en in Oase).
2.1. Inleiding
Voor de ontwikkeling en de borging van de kwaliteit van de patiëntenzorg is een systeem ontwikkeld. Voor elke behandeling wordt een behandelovereenkomst afgesloten. Door middel van richtlijnen en protocollen worden essentiële onderdelen van de primaire processen beschreven en als dat van belang is ook van de daarbij ondersteunende processen. Ten aanzien van de kwaliteit van het vakmatig handelen zelf, wordt er vanuit gegaan dat deze ontwikkeld is door opleiding en gewaarborgd blijft door inter- en multidisciplinair teamverband en door bij- en nascholing. Voor de informatievoorziening aan patiënten zijn folders aanwezig. De patiëntenzorg is onderverdeeld in zes disciplines: Angstbegeleiding en Gehandicaptenzorg (zowel voor kinderen als volwassenen), Geriatrie (samen de vakgroep A&G),Maxillofaciale Prothetiek (MFP) en Temporo Mandibulaire Dysfunctie (TMD) (samen de vakgroep MFP/TMD). Deze disciplines vormen tevens de afdelingen van SBT. Angstbegeleiding voor kinderen en volwassenen vormen samen één afdeling, evenals Geriatrie en Gehandicaptenzorg. Elk van de vier afdelingen heeft een tandarts als afdelingshoofd die voor de organisatie van de zorg verantwoordelijk is. De afdelingen vormen op hun beurt een vakgroep: Angstbegeleiding & Gehandicaptenzorg en MFP/TMD. Beide vakgroepen hebben ook een tandarts als vakgroepvoorzitter. De tandartsassistenten vallen onder de Manager Kliniek. Zij geeft ook leiding aan het baliepersoneel. Zie verder Organisatiestructuur in alinea 3.1.
Behalve tandartsen en tandartsassistenten zijn er anesthesiologen, anesthesiemedewerkers, psychologen, fysiotherapeuten, tandtechnici, mondhygiënisten en preventieassistenten bij of voor SBT werkzaam. Als het voor een goed verloop van de behandeling nodig is, kan ook met andere deskundigen worden samengewerkt, zoals kaakchirurgen, KNO-artsen, internisten, orthodontisten, implantologen, pedodontologen, parodontologen of endodontologen. Psychologen en mondhygiënisten hebben een zelfstandige rol in de diagnostiek en de behandeling en dragen ook bij aan het effectieve en efficiënte functioneren van het behandelteam en vormen deels een vervanging van de tandartsentijd.
2.2. Angstbegeleiding & Gehandicaptenzorg (A&G)
De tandartsen werkzaam op de afdeling A&G zijn gespecialiseerd in:
• de behandeling van patiënten met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking, die daardoor niet of nauwelijks kunnen meewerken met de behandeling;
• de behandeling van volwassenen en kinderen, die door grote emotionele problemen (bijvoorbeeld extreme angst of psychopathologie) tegen het ondergaan van een tandheelkundige behandeling opzien en daar moeilijk of niet aan kunnen meewerken.
Aan de hand van vragenlijsten worden angstpatiënten gescreend door een tandarts en een psycholoog. Zo nodig worden door een tandarts en een psycholoog gezamenlijke intakegesprekken gehouden met extreem angstige patiënten. De afdeling biedt instellingen voor cliënten met een verstandelijke/lichamelijke beperking de mogelijkheid van diagnostiek op locatie van de instelling zelf.
2.3. Maxillo Faciale Prothetiek (MFP)
De tandartsen werkzaam op de afdeling MFP zijn gespecialiseerd in:
• de behandeling van patiënten met aangeboren afwijkingen in het kauwstelsel, zoals verhemeltespleten, afwijkingen van het tandglazuur of het ontbreken van tanden en kiezen;
• de behandeling van patiënten met verworven afwijkingen in het kauwstelsel, zoals oncologische aandoeningen (bijvoorbeeld mondkanker) en aandoeningen ten gevolge van diverse traumata (verwondingen);
• de behandeling van geheel of gedeeltelijk tandeloze patiënten bij wie het vervaardigen of het dragen van een prothese op grote moeilijkheden stuit, veelal wegens het geslonken kaakbot of ontbreken van delen van het kaakbot;
• de behandeling van patiënten waarbij sprake is van ernstige tandheelkundige interactie.
Veel MFP-patiënten worden gescreend door de psycholoog, met behulp van een daartoe bestemde vragenlijst. Hieruit vloeit soms een verwijzing naar de psycholoog voor.
2.4. Temporo Mandibulaire Disfunctie (TMD)
Op de afdeling TMD zijn de tandartsen gespecialiseerd in:
• de behandeling van patiënten die moeilijkheden hebben met het functioneren van het kauwstelsel (pijn in kaakgewricht of kauwspieren, een beperkte mondopening, klikken van het kaakgewricht, hoofdpijn, enz., ten gevolge van bijvoorbeeld tandenknarsen en –klemmen);
• de behandeling van patiënten met een overmatige slijtage van het gebit (erosie) ten gevolge van bepaalde zuren in de mondholte (frisdranken, maagzuur).
•
2.5. Psychologie
In het kader van het kwaliteitsbeleid van SBT hebben de psychologen het gedeelte van de protocollen en richtlijnen ontwikkeld dat betrekking heeft op de rol van de psycholoog in het SBT-team. Deze richtlijnen werden gepresenteerd en geaccepteerd in de werkoverleggen en het managementteam.
Kern van deze protocollen is:
• de psychologen geven hun bijdrage aan de patiëntenzorg eerder in het begin van de consultatie of de behandeling dan in het vervolg of het natraject (“de psycholoog aan de poort”);
• meer aandacht voor preventie, naast behandelen;
• informatie en educatie naast therapie;
• eerder hulp aanbieden dan wachten totdat er om gevraagd wordt;
• meer zelfwerkzaamheid van patiënt.
2.6. Preventie
Het preventieteam op SBT bestaat uit mondhygiënisten, preventieassistenten en paro-preventieassistenten. Het hele team behandelt alle categorieën patiënten binnen het centrum. Dit betekent dat alle gespecialiseerde tandartsen binnen SBT op basis van een DPSI-score (Dutch Periodontal Screening Index) de patiënt verwijzen naar een van bovenstaande preventiemedewerkers, om de mondgezondheid op een bepaald niveau te optimaliseren zodat de desbetreffende hoofdbehandelaar zijn of haar behandeling op een verantwoorde manier kan uitvoeren.
2.7. Scholing door SBT
SBT heeft de Stichting Bevordering Bijzondere Tandheelkunde (SBBT) opgericht, die onder de naam BT-Academy de opleidingen tot Tandarts Angstbegeleiding, Tandarts Gehandicaptenzorg en Tandarts Geriatrie organiseert. De tandartsen in opleiding zijn in dienst bij SBT (of een ander CBT). In het kader van de postdoctorale opleiding tot Pedodontoloog biedt SBT stageplaatsen.
De afdelingen MFP en TMD biedt vanuit de beroepsverenigingen aan geïnteresseerde tandartsen de postdoctorale opleiding Maxillofaciale Prothetiek aan. De afdeling A&G biedt, voor zover mogelijk, de gelegenheid tot onderzoek en onderwijs vanuit de sectie Sociale Tandheelkunde & Voorlichtingskunde en de sectie Pedodontologie.
Daarnaast verzorgt BT-Academy voor tandartsen en assistenten (jaarlijks) een sedatiecursus. Deze cursus leidt tot de bevoegdheid, om als tandarts zelfstandig sedativa te mogen toedienen aan patiënten.
2.7. Samenwerkingsverbanden
2.7.1. ACTA
Er wordt nauw samengewerkt met ACTA. Waar nodig worden patiënten onderling verwezen onder meer naar en van Implantologie, Orthodontie, Parodontologie, Cariologie, Endodontologie, Pedodontologie en Prothetiek. Een deel van de röntgenfoto’s wordt gemaakt door Radiologie.
Een aantal afdelingen van ACTA, met name Sociale Tandheelkunde & Voorlichtingskunde en Pedodontologie, maken gebruik van de mogelijkheid research te verrichten met behulp van patiëntengegevens van SBT. SBT heeft geen zelfstandige researchtaak, maar is geïnteresseerd in evaluatie van haar eigen handelen en methoden. SBT maakt gebruik van een aantal diensten van ACTA, waaronder sterilisatie, het servicecentrum, het magazijn, de technische sectie.
ACTA, SBT en de opleiding Mondzorg van Hogeschool InHolland hebben een gemeenschappelijke klachtenprocedure, VIM-procedure en calamiteitenprocedure. Daarnaast hebben zij regelmatig gebruikersoverleg over het (gebruik van het) pand.
De onderlinge samenwerking tussen SBT en ACTA is vastgelegd in een raamovereenkomst. Hierin is onder meer vastgelegd dat SBT taken vervult op gebied van de bijzondere tandheelkunde. ACTA heeft onderwijs en onderzoek als taken, alsmede de algemene tandheelkundige en specialistische patiëntenzorg
2.7.2. Mondziekten & Kaakchirurgie en KNO van het Amsterdam UMC, locatie VUmc
Met de afdelingen Mondziekten en Kaakchirurgie en Keel-, Neus- en Oorheelkunde van het VUmc wordt nauw samengewerkt.
SBT is betrokken bij de tandheelkundig intra- of extraprothetische rehabilitatie van patiënten, die chirurgisch en radiologische zijn behandeld in verband met tumoren in het hoofd-halsgebied. Eén van de MFP-tandartsen werkt zowel bij de VU als bij SBT.
SBT is tevens betrokken bij het osteotomie-spreekuur en participeert in het schisisteam.
2.7.3. Mondziekten en Kaakchirurgie Academisch Medisch Centrum (AMC)
Ook hier is er sprake van een jarenlange samenwerking op het terrein van de mondheelkunde (implantologie, schisisteam. Er zijn regelmatig gezamenlijke spreekuren, waarbij patiënten worden gezien door een MKA-chirurg, MKA-chirurg i.o en tandarts MFP. Patiënten die onder de regeling Bijzondere Tandheelkunde vallen krijgen naar aanleiding van het consult een intake bij SBT.
2.7.4. Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis (AvL)
Er wordt intensief en goed samengewerkt met het AvL. MFP-tandartsen van SBT werken zowel bij het AvL als bij SBT en/of lopen stage in het AvL. Er bestaat een gedegen samenwerking tussen de afdelingen Keel-, Neus- en Oorheelkunde van het AvL met betrekking tot de tandheelkundig- prothetische rehabilitatie van oncologie- patiënten. Het AvL en het AMC werken op dit terrein samen. Het AvL en SBT werken samen m.b.t. de opleiding tot Tandarts MFP.
2.7.5. OLVG
SBT heeft een intensieve samenwerking met het OLVG. Wanneer een patiënt te angstig, te jong, of ernstig beperkt is, of andere bijzondere problemen heeft (bijv. Medisch gecompromitteerd), om onder “gewone” omstandigheden in SBT te worden behandeld, wordt gekozen voor behandeling onder algehele anesthesie in een ziekenhuis. De behandeling kan bestaan uit een restauratieve behandeling, een restauratief deel gecombineerd met een kaakchirurgisch deel, of alleen uit een kaakchirurgische ingreep.
2.7.7. Centraal Overleg Bijzondere Tandheelkunde (COBIJT)
Met de vereniging Centraal Overleg Bijzondere Tandheelkunde (COBIJT) heeft SBT een intensieve relatie. De meeste tandartsen, psychologen en mondhygiënistes van SBT zijn lid van COBIJT. SBT stimuleert dat tandartsen, psychologen, mondhygiënisten en tandartsassistentes lid zijn van COBIJT en dat een aantal van hen actief is in deze vereniging.
COBIJT heeft de afgelopen jaren een belangrijke stimulans gegeven aan de financiële structuur voor Centra voor Bijzondere Tandheelkunde, het Vademecum, de (post-) academische opleidingen op het terrein van de bijzondere tandheelkunde. COBIJT heeft zich ingezet voor (jaarlijkse) scholingsdagen voor tandartsen die in de bijzondere tandheelkunde werkzaam zijn. COBIJT voert een project van visitatie uit en werkt aan gezamenlijke kwaliteitsverbetering en innovatie.
De psychologen van de diverse centra vormen een onderlinge kennisgroep.
COBIJT voert overleg met het College van Adviserend Tandartsen (CAT), de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Tandheelkunde (KNMT: met name het hoofdbestuur, de Werkgroep Bijzondere Zorggroepen en de beleidsmedewerkers) en met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
2.7.8. Beroepsverenigingen
Voor tandartsen, psychologen, mondhygiënisten en tandartsassistenten zijn beroepsverenigingen aanwezig. Zeer wenselijk is als SBT‘ers lid zijn van de voor hen relevante verenigingen en daarin actief zijn. Het gaat om de volgende verenigingen:
1. Nederlandse Vereniging voor Gnathologie en Prothetische Tandheelkunde
2. Nederlandse Vereniging voor Kindertandheelkunde
3. Nederlandse Vereniging voor Schisis en Craniofaciale Afwijkingen
4. Vereniging tot Bevordering der Tandheelkundige Gezondheidszorg voor Gehandicapten
5. Nederlandse Vereniging voor Geriatrische Tandheelkunde
6. Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten
7. Nederlandse Vereniging van assisterende in de Tandheelkunde
8. Nederlandse Vereniging voor Orale Implantologie
9. Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde
10. Nederlands Wetenschappelijke Vereniging van Tandartsen
2.8. Fysiotherapeuten en tandtechnici
De bij SBT betrokken fysiotherapeuten en tandtechnische laboratoria voeren hun werkzaamheden op basis van een overeenkomst met SBT als vrij gevestigde beroepsbeoefenaren voor eigen rekening en eigen risico uit.
2.9. Avond- en weekdienst
De mondzorgpoli verzorgt voor SBT de avond- en weekenddiensten.
2.10. Klachten en aansprakelijkheid.
Patiënten kunnen een klacht indienen. Algemeen gebruikelijk is, dat zij eerst bij de behandelaar hun probleem bespreken. Vervolgens kunnen zij een klacht indienen bij SBT, die door de direct leidinggevende van de behandelaar afgehandeld wordt. SBT heeft samen met ACTA en InHolland een klachtenprocedure ingesteld. Hier kan de patiënt terecht als er geen oplossing binnen SBT gevonden wordt. Hierbij wordt eventueel bemiddeld door de klachtenfunctionaris. De patiënt kan ook gebruik maken van de KNMT-klachtenprocedure (tuchtrecht). Uiteraard kan een patiënt ook een civielrechtelijke of een strafrechtelijke procedure starten. In de klachtenprocedure en tuchtrechtelijke procedure is de individuele beroepsbeoefenaar aansprakelijk; civielrechtelijk SBT. Strafrechtelijk kunnen de beroepsbeoefenaren en SBT aansprakelijk zijn. SBT heeft de wettelijke aansprakelijkheid en rechtsbijstand voor haar medewerkers verzekerd.
2.11 Privacy
SBT streeft ernaar om de privacy van de medewerkers en patiënten zo goed mogelijk te waarborgen en gaat vertrouwelijk om met de informatie die bij SBT wordt aangeleverd. Bij de verwerking van persoonsgegevens neemt SBT de geldende wet- en regelgeving op het gebied van privacy in acht. In onze privacyverklaring staat de wijze waarop SBT met deze gegevens van patiënten omgaat uiteengezet. Er is een aparte privacyverklaring voor medewerkers en sollicitanten.
Gegevens zullen niet langer bewaard worden dan noodzakelijk is voor de in de privacyverklaring beschreven doeleinden tenzij dit nodig is op grond van een wettelijk verplichting. Voor het bewaren van medische gegevens hanteert SBT de wettelijke bewaartermijn van 20 jaar uit de Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst. Naast de WGBO houden we indien nodig ook rekening met bewaartermijnen die voortvloeien uit andere wetgeving.
In het kader van de AVG heeft SBT een externe Functionaris Gegevensbescherming aangesteld.
3.1. Organisatiestructuur
De organisatiestructuur wordt gekenmerkt door een matrixstructuur van functionele en hiërarchische lijnen ten aanzien van de relatie tussen tandartsen en tandartsassistentes.
De zorgtaken zijn ondergebracht bij de vier afdelingen Angstbegeleiding & Kindertandheelkunde, Gehandicaptenzorg & Geriatrie, MFP en TMD. Behandelaars van deze afdelingen vormen multidisciplinaire teams ten behoeve van de diagnostiek en behandeling en de kwaliteitsverbetering daarvan. Daarnaast is een afdelingshoofd als kwaliteitsmedewerker aangesteld om het kwaliteitssysteem op te zetten en o.a. de jaarlijkse zelfaudit te organiseren.
De psychologen en mondhygiënisten hebben in deze matrixorganisatie zowel een plaats in de afdelingen (patiëntgerichte organisatie) als in hun team (beroepsgericht).
De tandartsassistentes, de receptie en de zorg voor de organisatie en beheer van de kliniek is bij de Manager Kliniek ondergebracht.
De financiële en patiëntenadministratie zijn in de afdeling Finance & Control ondergebracht, evenals de automatisering. Deze afdeling ziet tevens toe op de naleving van relevante wet- en regelgeving, waaronder AVG, voor zover deze niet medisch van aard is.
Er is een bestuur, bestaand uit een bestuurder. Tevens is er een Raad van Toezicht, een Ondernemingsraad en een Patiëntenraad.
3.2. Taakverdeling: verantwoordelijkheden en bevoegdheden
De tandartsen en de andere beroepsbeoefenaren zijn persoonlijk verantwoordelijk voor de individuele patiëntenzorg. Elke beroepsbeoefenaar is bevoegd en bekwaam om (wel of geen)afspraken met patiënten te maken over behandelingen en is zelf verantwoordelijk voor een zorgvuldige uitvoering van de behandelovereenkomst met de patiënt, inclusief de daarbij behorende in- en externe communicatie. Beroepsbeoefenaren zijn de tandartsen, psychologen, mondhygiënisten/mondzorgkundigen, preventieassistenten en fysiotherapeuten. Voor tandartsen in opleiding geldt de beperking, dat zij onder verantwoordelijkheid van een andere tandarts werken.
De bevoegdheden en verantwoordelijkheid van individuele tandartsen en coördinerend tandartsen zijn ingebed in hun beroep, de wetgeving en richtlijnen van SBT.
De afdelingshoofden leiden de afdelingen Angst, Gehandicapten & Geriatrie, MFP en TMD. Zij zijn verantwoordelijk voor het afdelingsbeleid, de (multidisciplinaire) organisatie van de patiëntenzorg en de inbedding van de afdeling in SBT en in het externe netwerk. Hun taken zijn:
Afdelingshoofd:
• Begeleiding en aanspreekpunt voor tandartsen
• Opleiding borgen gedifferentieerde tandartsen
• Monitoren studie- en vakantieverlof en ziekteverzuim
• Aansturen projecten
• Afhandelen en adviseren m.b.t. klachten en VIM
• Monitoren MDO en werkoverleggen
• Voeren ontwikkel- en beoordelingsgesprekken tandartsen
• Stimuleren patiënten participatie
• Aanspreekpunt patiënt-gerelateerde vragen van collega’s
• Aanspreekpunt AA-plannen OLVG/SBT
• Begeleiden stagiaires ACTA
De beide vakgroepvoorzitters geven leiding aan de groepen A&G en MFP/TMD. Hun taken zijn:
• Adviseren op gebied van innovatie en vakinhoudelijke ontwikkelingen
• Borgen kwantitatief en kwalitatief tandartsen bestand o.b.v. begroting en externe eisen
• Contacten onderhouden extern OLVG, VU, Wlz-instellingen
• Borging kwaliteit en materiaal, waaronder richtlijnen
• Monitoren MDO en werkoverleggen
• Contacten onderhouden met verwijzers en samenwerkingspartners
• Opzetten en metingen patiëntenresultaat
• Borging productie o.b.v. begroting
Het afdelingshoofd geeft leiding aan de behandelaars, de manager kliniek aan de tandartsassistenten. In de behandelkamer geeft de tandarts leiding aan de assistente.
Leidinggeven omvat enerzijds de bevoegdheden om beslissingen te nemen en om opdrachten te geven. Anderzijds omvat leidinggeven de verantwoordelijkheid, dat de betrokken medewerk(st)er(s) op een normale wijze hun werkzaamheden goed kunnen uitoefenen.
De tandartsassistente is verantwoordelijk voor de praktijkorganisatie in de behandelkamer.
De psychologen en de mondhygiënisten maken onderdeel uit van de afdelingen, maar vormen tevens een eigen team.
De manager kliniek geeft hiërarchische leiding aan de tandartsassistenten en draagt zorg voor onderwerpen die betrekking hebben op de gehele praktijkvoering van SBT. Zijn bepaalt in overleg met de afdelingshoofden de inzet van de assistenten.
De controller is tevens hoofd van Finance & Control en geeft leiding aan de patiënten- en financiële administratie. Het hoofd van de administratie is verantwoordelijk voor de administratieve organisatie van SBT inclusief de automatisering. Daarnaast vervult het hoofd de functie van controller, als adviseur van het bestuur inzake financiën en investeringen.
De HR-adviseur geeft het bestuur advies over personeelszaken. De adviseur en bestuurder zijn als enigen bevoegd om de beloning en secundaire arbeidsvoorwaarden te bepalen en om arbeidsovereenkomsten te teken.
Er is gekozen voor een niet-tandheelkundig bestuurslid. Bij de bestuurder ligt ondermeer de eindverantwoordelijkheid voor de organisatie van SBT, de eindverantwoordelijkheid voor het tot stand brengen en laten functioneren van het kwaliteitssysteem, de bescherming van de belangen van patiënten en de behandeling van klachten van patiënten. Daarnaast is de bestuurder van SBT belast met het beheer en de exploitatie van SBT en onderhoud de bestuurder de externe contacten. De bestuurder beslist over het voor werving vrijgeven van vacatures en beslist over investeringen.
Deze bevoegdheden worden uitgeoefend binnen de door het bestuur goedgekeurde begroting, de arbeidsvoorwaarden van SBT en de door het bestuur vastgesteld standaard arbeidsovereenkomsten.
In de statuten is uitgebreider ingegaan op de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van het bestuur. De bestuurder wordt geadviseerd door de Raad van Toezicht, de OR en Patiëntenraad.
3.3. Organisatie van de administratie van het zorgproces
De behandelaars dragen, samen met tandartsassistenten, zorg voor screening, consulten en behandelingen van patiënten en de daarbij behoren onvermijdbare administratie. De kern daarvan is het patiëntendossier met daarin het behandelplan, het informed consent en de uitvoering van de behandelingen. Hieraan vast hangen machtigingen, waarvan de basis ‘automatisch’ ontstaat uit het behandelplan en aangevuld kunnen worden. Voorts is de correspondentie over en met patiënten van belang.
De Patiëntenadministratie en receptie ondersteunen de werkzaamheden van de behandelaars zo veel als mogelijk is. Inschrijven van patiënten incl. controle NAW/BSN gegevens, toezenden vragenlijsten en terug ontvangen daarvan, controle verzekeringsgerechtigheid, verzenden machtigingsaanvragen, bewaken terug ontvangst en inschrijven verleende toestemmingen en ontvangen van contante/pin-betalingen.
De Financiële Administratie draagt zorg voor de facturatie en inning. Het beheer van bestanden en instellingen in Oase ligt bij de applicatiebeheerder en het beheer van de standaardbrieven in Oase ligt ook centraal bij één persoon.
3.4. Stijl van leidinggeven
De tandartsen, psychologen, mondhygiënisten en preventieassistenten werken samen met de tandartsassistenten in de ’frontlijn’ van de organisatie, met de patiënten als ‘klanten’. Aan hen moet daarom zoveel mogelijk steun worden verleend. Zij en het multidisciplinair team waarin zij werken, moeten zoveel mogelijk bevoegdheden hebben, om hun verantwoordelijkheden waar te kunnen maken. Bij deze situatie past een coachende, delegerende en stimulerende stijl van leidinggeven. Te meer daar de medewerkers van SBT competent zijn voor hun werk. Goede interne communicatie in alle richtingen is daarbij nodig.
Bij de aard van de werkzaamheden van SBT, het belang van kennis en vaardigheden en de cultuur van SBT maken dat een mensgerichte stijl van leidinggeven voor de hand ligt.
3.5. Bestuur
De Stichting Bijzondere Tandheelkunde werkt volgens het Raad van Toezicht/Raad van Bestuur-model. De taken en bevoegdheden van de toezichthouders en de Raad van Bestuur zijn geborgd in de statuten van SBT en het reglement van de RvB en de RvT. Deze voldoen aan de Governance Code Zorg 2022. De afspraken over de informatievoorziening zijn vastgelegd in het informatieprocotol RvB/RvT.
SBT heeft als stichting een bestuur. Dit bestuur is op dit moment eenhoofdig. Het bestuur bepaalt het algemene en financiële beleid, besluit over de organisatiestructuur en vertegenwoordigt SBT. Zie verder onder alinea 3.2.
3.6. Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht (RvT) bestaat uit vijf leden en heeft tot taak toezicht te houden op de algemene gang van zaken binnen de Stichting Bijzondere Tandheelkunde. Daarnaast is de RvT een strategische sparringpartner van de directeur-bestuurder, geeft zij gevraagd en ongevraagd advies en treedt zij op als werkgever van de directeur-bestuurder. De RvT opereert als een collegiaal team en hanteert de Governance Code Zorg.
3.7. Ondernemingsraad (OR)
SBT heeft een Ondernemingsraad. Er is een goedgekeurd reglement. De Ondernemingsraad heeft in principe vijf leden, die de diverse afdelingen/diensten representeren. De Ondernemingsraad heeft de gebruikelijke rechten en plichten volgens de Wet op de Ondernemingsraden. Periodiek is er overleg tussen de Ondernemingsraad en de bestuurder. Deze vergaderingen zijn de officiële Overlegvergaderingen die de Wet op de Ondernemingsraden voorschrijft. OR en directie voeren een open overleg over alle onderwerpen die van belang zijn voor (de toekomst van) het personeel en de (arbeids-)organisatie. Arbo- en milieubeleid is een belangrijk onderwerp. De OR heeft een rol bij wijziging in de arbeidsvoorwaarden als gevolg van de bepalingen in de CAO voor de zorgverzekeraars en bij vaststelling van de verdeling van de pensioenpremie over werknemers en werkgevers.
3.8. Patiëntenraad
De Stichting Bijzondere Tandheelkunde (SBT) vindt input van cliënten belangrijk en wil onze cliënten directe invloed geven op de zorg die zij krijgen. Daarom – en in het kader van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) – heeft SBT in 2019 een Patiëntenraad opgericht.
De Patiëntenraad is in in 2021 geïnstalleerd. De leden worden voor een periode van drie jaar benoemd en kunnen tweemaal voor een zittingsduur van drie jaar worden herbenoemd. Er zal een roulatiesysteem worden ingesteld zodat de leden gefaseerd aftreden en de continuïteit van de Patiëntenraad niet in gevaar komt.
De Patiëntenraad van SBT is lid van het LSR (Landelijk Steunpunt (Mede)zeggenschap, voorheen Landelijk Steunpunt Raden). In 2020 wordt een samenwerkingsovereenkomst met de RvB, een huishoudelijk reglement en een werkplan opgesteld.
3.9. Overleggen
Ter bevordering van de goede gang van zaken bij SBT vindt regelmatig overleg plaats. De afdelingen hebben een periodiek werkoverleg. In deze werkoverleggen komen beleid, visie, richtlijnen, organisatie en huishoudelijke onderwerpen aan de orde. In de werkoverleggen van de afdelingen worden ook individuele patiënten of algemene patiëntenzorg - onderwerpen besproken. Daarnaast vind er elke twee weken een multidisciplinair overleg (MDO’s) plaats, waarin casuïstiek wordt besproken met medewerkers van alle afdelingen van SBT samen.
Er is een Management Team (MT) dat elke maand onder leiding van de bestuurder vergadert. Het voltallig MT bestaat uit de afdelingshoofden, vakgroepvoorzitters, manager Kliniek, manager Finance & Control, HR-adviseur en bestuurder. De overige drie weken van de maand vergadert het MT in kleine samenstelling, zonder de afdelingshoofden. De vakgroepvoorzitters en afdelingshoofden vormen de verbindende schakel tussen MT en werkoverleggen voor wederzijdse informatie-uitwisseling.
Het MT coördineert het ontwikkelen en het uitvoeren van het beleid en de bedrijfsvoering. Het MT stelt richtlijnen, protocollen en andere regelingen vast. Deze worden gepubliceerd. Van elke maandelijkse- bijeenkomst van het voltallig MT wordt een kort verslag gemaakt, dat – na goedkeuring door het MT – ter inzage aan de OR verstuurd wordt en op hoofdlijnen in de afdelingsoverleggen besproken wordt. Belangrijke onderwerpen worden ook in de maandelijkse nieuwsbrief voor medewerkers van SBT onder de aandacht gebracht.
Van werkoverleggen worden korte verslagen gemaakt. Bij het ontwikkelen, uitvoeren en evalueren van beleid, kwaliteitsprotocollen en richtlijnen en de bedrijfsvoering is het de bedoeling, dat alle medewerkers/afdelingen daarbij betrokken worden via dit overlegcircuit. Er vindt tweemaandelijks een assistentenoverleg plaats, wisselend op de dinsdag- en woensdagochtend. Hier wordt in de vorm van een besluiten-actielijst een verslag van gemaakt.
3.8 Organisatiestructuur
4.1. Algemeen
Het personeelsbeleid is erop gericht om de medewerkers zo veel mogelijk ruimte te geven om hun eigen mogelijkheden te ontplooien en in te zetten voor de patiëntenzorg. Dit wordt onder meer bereikt door het gezamenlijk ontwikkelen en realiseren van de patiëntenzorg- en het organisatiebeleid, het werken in multidisciplinair verband en door middel van bij- en nascholing.
SBT streeft naar adequate arbeidsvoorwaarden en naar goede arbeids- en milieu omstandigheden en heeft hiervoor een overeenkomst met een gecertificeerde arbodienst.
Daarnaast wordt door de Arbo- en Milieudeskundige eens per twee jaar een Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten hiervan wordt een plan van aanpak geschreven en verbeterpunten uitgevoerd.
4.2. Arbeidsvoorwaarden
Bij de oprichting van SBT moest worden gekozen voor een arbeidsvoorwaardenregime. Aangezien de ambtelijke status niet toegankelijk was, werd aansluiting gezocht bij de CAO voor de Zorgverzekeraars (voorheen Ziekenfondswezen). Deze CAO heeft betrekking op de zorgverzekeraars en de medewerkers daarvan. Omdat SBT een zorginstelling is en geen zorgverzekeraar, zijn de bepalingen in de cao niet allemaal van toepassing op de situatie van SBT. SBT kent dan ook een aantal bijlagen waarin de afwijkingen zijn weergegeven. Daarom is in de arbeidsovereenkomst die tussen medewerkers en SBT wordt gesloten bepaald dat deze cao wordt gevolgd en dat daar op onderdelen van afgeweken wordt of kan worden. De zgn. primaire arbeidsvoorwaarden worden onverkort gevolgd. Daarnaast zijn diverse HR-regelingen opgesteld, specifiek voor medewerkers van SBT. Regelmatig wordt de CAO vernieuwd. De wijzigingen daarin zijn ook op SBT van kracht tenzij het bestuur, MT en de OR van SBT daar samen anders over besluiten. Er kunnen door bestuur, MT en OR afwijkingen ten opzichte van wijzigingen in de CAO worden afgesproken, voor zover die geen betrekking hebben op de primaire arbeidsvoorwaarden (salarisniveaus, aantal vakantiedagen en arbeidsduur).
Aan elke medewerker wordt bij het begin van het dienstverband met SBT een arbeidsovereenkomst en de daarbij behorende bijlagen van de CAO Zorgverzekeraars uitgereikt. Latere wijzigingen worden toegezonden of uitgereikt.
De arbeidsvoorwaarden staan op intranet.
Salarisbetaling
SBT streeft ernaar iedere 22e van de maand het salaris van haar werknemers te betalen. Bij uitzondering wordt een voorschot op het salaris verstrekt. Met een verzoek om een voorschot dient men zich tot de bestuurder te wenden.
4.3. Werktijden
Het werktijdenschema van de kliniek van SBT ziet er als volgt uit:
• werktijden van 08.00 - 16.15 uur
• lunchpauze van 30 minuten
• werktijd 7,75 uur per dag (38,75 uur per week)
4.4. Vakantieregeling
Het aantal verlofuren is bij een fulltime aanstelling als volgt:
Als peildatum voor het vaststellen van de leeftijd geldt 1 januari van het betreffende vakantiejaar.
Boven op dit aantal dagen heeft elke medewerker bij een fulltime aanstelling recht op 14 ADV-dagen.
Indien een personeelslid meer dan drie werkweken aaneengesloten vakantie wenst op te nemen, moet hij toestemming te vragen aan de werkgever.
Omdat veel werkzaamheden in teamverband plaats vinden en afspraken met patiënten bij voorkeur niet worden verplaatst, is het nodig om jaarlijks op tijd de vakantieplanning voor de zomer te kennen.
Aan alle medewerkers wordt daarom gevraagd, om vóór 15 januari van een jaar de planning van de zomervakantie op te geven. Daarna worden de roosters gemaakt.
De mogelijkheid bestaat dat vakantieverzoeken die na 15 januari binnen komen, helaas niet altijd gehonoreerd kunnen worden.
Wenselijk is, als ook de vakantieplanning voor andere ‘populaire’ perioden (Kerst, Krokus, herfstvakantie) op tijd worden gepland.
Jaarlijks kan SBT maximaal 5 ADV- en 2 verlofdagen als verplicht aanwijzen. Meestal betreft dit de dag na Hemelvaart, een aantal dagen tussen Kerst en Oud & Nieuw en een keer per vijf jaar 5 mei.
Ten behoeve van een goede administratieve afwikkeling van verlof, moet het verzoek in ESS worden ingediend.
4.5. Ziekmelding en arbodienst
Ziekmelding moet telefonisch door de betrokkene worden doorgegeven tussen 07.45 en 08.15 uur bij de verzuimcoördinator op de eerste dag waarop de werknemer wegens ziekte verstek laat gaan. De direct leidinggevende moet ook op de hoogte gesteld worden en bepaalt of het inderdaad om een ziekmelding gaat of dat er verlof opgenomen moet worden.
De verzuimcoördinator geeft de ziekmelding vóór 9.00 uur op de dag van ziekmelding door aan de arbodienst.
Zodra de betrokkene weet wanneer hij zijn werk weer zal hervatten, moet hij hiervan de verzuimcoördinator op de hoogte te stellen. Ten behoeve van de werkplanning is het nodig, om als het mogelijk is op te geven wanneer het werkverzuim wordt hervat of dat het verzuim doorloopt, bijvoorbeeld na een weekend.
De SBT heeft een contract met Arbodienst, ten behoeve van het verzuim- en begeleidingsbeleid.
Medewerkers van SBT kunnen, als zij dat willen, zelf rechtstreeks contact opnemen met de bedrijfsarts. De Arbodienst is ook het adres voor klachten over (seksuele) intimidatie, agressie en discriminatie.
4.6. Richtlijn PC-, Internet -en E-mailgebruik van SBT
De op SBT aanwezige computers zijn bestemd voor de functies van SBT. Toegang tot het netwerk, programma’s en bestanden worden verleend aan de hand van gebruikersnamen en wachtwoorden. Gebruikersnaam en wachtwoord moeten geheim gehouden worden. Indien de werkplek wordt verlaten dan moet er of worden uitgelogd of de computer moet gelocked worden.
Alle bestanden op de computers zijn eigendom van SBT. Het is de medewerker niet toegestaan bestanden op enigerlei wijze buiten SBT te brengen, behoudens uitdrukkelijke toestemming van het bestuur.
Ten einde het goed functioneren van de ICT-voorzieningen te waarborgen is het niet toegestaan programma’s te installeren, behoudens uitdrukkelijke toestemming van het bestuur.
Het illegaal kopiëren, downloaden en/of verspreiden (waaronder uploaden) van materiaal waarop auteursrecht berust is verboden, evenals het gebruik van de ICT-voorzieningen voor of ter ondersteuning van activiteiten die strijd zijn met enige wet. Andere handelingen die met gebruikmaking van de SBT ICT kunnen leiden tot (imago)schade van SBT of anderen, zijn evenmin toegestaan.
Het gebruik van e-mail is bestemd voor SBT-functies. E-mailgebruik in het kader van de patiëntenzorg met verwijzers, adviserend tandartsen, collegae en medisch specialisten is toegestaan, voor zover dat past bij de regels die de privacy beschermen. E-mail (prints) moeten aan het (papieren) patiëntendossier worden toegevoegd.
Privégebruik van PC, internet en/of e-mail is toegestaan. Wel is het de bedoeling dit privégebruik te beperken tot het strikt noodzakelijke en in eigen (pauze)tijd. Het privégebruik is wel gebonden aan dezelfde regels als bij zakelijk gebruik.
Voor zowel zakelijk als voor privégebruik van de ICT-voorzieningen stelt SBT als eis dat het gebruik van de PC, de te bezoeken website c.q. e-mailverkeer enz. moet voldoen aan algemene normen van goed fatsoen.
In ieder geval is het de medewerker verboden om zich te bevinden op sites die:
• Erotisch materiaal bevatten;
• pornografisch materiaal bevatten;
• discriminerende uitlatingen of ideeën bevatten;
• shockerende of denigrerende zaken bevatten.
De medewerker mag geen e-mail verzenden met voor personen of groepen beledigende, dreigende, seksuele, intimiderende, smadelijke, lasterlijke, racistische of discriminerende inhoud.
De medewerker mag dergelijke onderwerpen niet invoeren of bewaren op de PC.
SBT behoudt zich het recht voor – om verboden gebruik te voorkomen - content-filtering (het scannen van berichten of bestanden op virussen, ongewenst worden of extensies)in te bouwen in de software die binnen de organisatie wordt gebruikt op de PC, om te mailen of om te internetten.
SBT stelt een webbrowser beschikbaar om te kunnen internetten (browsen) en een mailcliënt (bijvoorbeeld outlook) voor het verzenden en ontvangen van e-mail. Andere internettoepassingen worden niet beschikbaar gesteld.
E-mailberichten worden door middel van een virusscanner op de mailserver en op het werkstation gecontroleerd op virussen. Indien er een virus wordt gevonden wordt het bericht verwijderd. De geadresseerde krijgt hiervan een melding.
Werknemers waarvan geconstateerd is dat zij zich niet aan de regels houden van het bedrijfsbeleid, worden hierop door de leidinggevende zo spoedig mogelijk aangesproken. Een medewerker kan bij herhaald en geconstateerd misbruik ontslagen worden.
Bij geconstateerde overtreding van deze bepalingen zal melding worden gedaan aan de bestuurder.
Als een PC of server door SBT afgestoten wordt, zal de harde schijf worden verwijderd. Bij verkoop kan worden volstaan met het volledig wissen van alle gegevens, bijvoorbeeld door herformattering.
De systeembeheerder voert deze handeling uit.
Deze versie van deze richtlijnen heeft de instemming van de ondernemingsraad.
Deze richtlijnen zijn voor iedere medewerker van SBT bindend.
5. Materieel
5.1. Apparatuur en meubilair
De manager kliniek is verantwoordelijk voor alle kliniekapparatuur. De manager finance & control is verantwoordelijk voor de computerapparatuur en overige inventaris. Bestellingen van apparatuur lopen eveneens via deze functionarissen. Doorgaans gaat hieraan een overleg vooraf en is er een plan en een begroting nodig. In geval van storingen aan tandheelkundige apparatuur moet de manager kliniek hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte worden gesteld. Dit geldt ook voor storingen aan algemene voorzieningen van het gebouw. Storingen van computerapparatuur moet gemeld worden bij de ICT-medewerker. Getracht wordt om storingen zoveel mogelijk te voorkomen. Daartoe zijn vrijwel voor alle apparatuur (units, röntgenapparaat, lachgasapparatuur, bewakingsapparatuur anesthesie, PC’s, netwerk enz.) onderhoudscontracten afgesloten. Meestal omvat dat periodiek preventief onderhoud en snelle hulpverlening bij storingen.
5.2. Bestellingen verbruiksmaterialen/instrumentarium
De manager kliniek van SBT is verantwoordelijk voor de faciliteiten en uitrusting van de behandelkamers. Onder haar verantwoordelijkheid zijn medewerkers belast met het zorgdragen voor o.a. het tijdig bestellen van verbruiksmaterialen en instrumentarium. Bestellingen voor audiovisuele hulpmiddelen voor personeel, zoals loepbrillen, worden gedaan door HR.
5.3. Drukwerk
Een medewerker van de patiëntenadministratie draagt zorg voor het drukwerk van SBT, zoals onder andere briefpapier, enveloppen, relatiekaartjes, folders en voor grote oplagen van kopieeropdrachten.
Het eventueel maken van prints van het jaarverslag valt onder verantwoordelijkheid van de bestuurssecretaris.
5.4. Entree gebouw buiten kantooruren
Het ACTA-gebouw is in beginsel buiten kantooruren niet toegankelijk. Indien dringende redenen daartoe aanleiding geven, is, na akkoord van de bestuurder, een toegangspasje beschikbaar.
5.5. Bibliotheek
In kamer 2N-94 is een bibliotheek aanwezig. Literatuur kan aangevraagd worden. Er is bij SBT ook een “bibliotheek” voor dia’s. En SBT-ers mogen gebruik maken van de ACTA- bibliotheek.
6. Financiën
SBT wordt voor haar zorgverlening betaald op basis van een tarief per stoeluur. Dit tarief wordt vastgesteld door de NZa via een officiële tariefbeschikking. Voordat de NZa een tarief afgeeft, moet SBT samen met de zorgverzekeraars (lokaal overleg) daartoe een verzoek indienen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de begroting waarin alle kosten zijn opgenomen en van het totaal aantal te verwachten declarabele stoeluren. De NZa toetst de aanvraag aan de door VWS vastgestelde bekostigings- en beleidsrichtlijnen.
Naast het uurtarief mag SBT techniekkosten in rekening brengen: de kosten van implantaten, de röntgenfoto’s OPG en RSP en de kosten voor sedatie/narcose op locatie SBT.
Krachtens de regelgeving moet aan patiënten een eigen bijdrage in rekening worden gebracht, conform de tarieven die in de huispraktijk gelden. SBT stelt jaarlijks een begroting op, deze is gebaseerd op (nieuw) beleid en de bekende kostenpatronen. De begroting wordt besproken in het MT, de OR en vastgesteld door het bestuur en goedgekeurd door de RvT. Periodiek wordt beoordeeld of de kosten binnen de begroting blijven en worden de declarabele stoeluren geanalyseerd. Indien nodig wordt er bijgestuurd.
Er word en maand- en kwartaalrapportages met managementinformatie opgesteld. De ontwikkeling van de bezetting en de productieve uren wordt wekelijks in het MT besproken.
Na afloop van een jaar wordt een jaarrekening opgemaakt, besproken in het MT, met de OR en RvT en vastgesteld door het bestuur. Een externe accountant controleert de jaarrekening. Tot nu toe heeft SBT altijd een goedkeurende verklaring gekregen.
In deze begroting /jaarrekening cyclus zijn zowel de exploitatie als de investerings- en leasekosten opgenomen.